Onderstaand artikel is gebaseerd op gras(klaver)analyses van Farmdesk gebruikers, verspreid over Nederland en België. Voor 2022 hadden we 604 rapporten, voor 2023 hadden we 673 rapporten en voor 2024 reeds 494 rapporten. Dit artikel is een vervolg op het artikel Mooie weerspiegeling van het groeiseizoen in de gras(klaver)kuilen van 2023.
Situering
Daar waar 2022 een droog, zonnig en warm jaar was terwijl 2023 een vrij normaal jaar was met een natte periode in het voorjaar, was het groeiseizoen 2024 op de meeste plaatsen nat, laat en vrij somber, op augustus na.
Wat kunnen de koeien met de graskuilen van 2024? En hoe kunnen we bijsturen?
Focus op eiwit
Veel percelen lieten zich slechts laat of soms helemaal niet bemesten met drijfmest. Soms lukte het zelfs niet goed om de kunstmest te strooien op laaggelegen percelen. Op sommige hoge percelen kon wel tijdig bemest en geoogst worden in april en dan hadden we een vrij hoge eiwitinhoud.
Gezien het sombere karakter van het weer, was de eiwitkwaliteit maar matig. De kuilen die moeten wachten, soms met beperkte bemesting, tot mei en zeker juni om geoogst te worden, hadden erg lage eiwitwaarden. Zelfs de tweede snedes die toen geoogst werden na een vaak eerder problematische bemesting lieten ook lage eiwitwaarden noteren. Zowel inzake ruw eiwit, DVE als OEB.
Pas aan het einde van de zomer kwam in de eiwitwaarde en eiwitkwaliteit beterschap, maar werden geen normale waarden voor de tijd van het jaar gehaald.
Focus op energie
Het sombere weer vertaalde zich ook in relatief lage energie-inhouden van de kuilen. Zoel de VEM inhoud, als de suikerwaarden en de FOS lieten het eigenlijk het ganse jaar afweten. Enkel de suikerwaarde van de eiwitarme junikuilen waren vrij hoog.
Er was zelfs maar weinig echt krachtvoerachtige graskuil op vlak van energie te oogsten in het voorjaar.
Focus op verteerbaarheid
Het omgekeerde stelden we dan weer vast inzake ruwe celstof en NDF-waarden. Deze waren het ganse jaar vrij hoog. Wellicht door de vaak noodzakelijke lange groeiperiodes nadat het mooie weer op zich liet wachten om te maaien of omdat de berijdbaarheid van de percelen te wensen overliet.
Pas in de herfst werden er kuilen gemaakt met relatief weinig ruwe celstof.
Gevolgen
Hoewel we niet alle bedrijven in elke regio van de Benelux over dezelfde kam kunnen scheren, merken we toch duidelijke tendensen in de graskuilkwaliteit:
Stug en traag verteerbaar met relatief lage eiwitinhoud. De pensbacteriën zullen werk hebben deze winter om alles verteerd te krijgen! Wat ze vaak missen is extra snelle voedercomponenten vanuit de graskuilen. Zowel op vlak van eiwit als energie. We zien dan ook vaak eerder bleke vezelige mest, waarbij het zetmeel soms zelfs onverteerd blijft, zeker indien er relatief veel bestendig zetmeel in het rantsoen zit.
Oplossingen
Snellere zetmeel componenten kunnen soelaas brengen, maar vaak zien we pas goede resultaten bij extra suikeraanbreng in combinatie met pensbeschikbaar eiwit. Zo leveren voederbieten samen met extra penseiwit vaak mooi resultaat op. Als er op de bedrijven tekort is aan penseiwit, kunnen we op zoek gaan naar voedermiddelen met snel verteerbaar eiwit, maar vaak volstaat het in vele gevallen om realtief goedkope voederureum in combinatie met snelle energie te supplementeren om de koeien aan te zetten tot betere melkproductie.
We willen met voorgaande analyse een tendens in de graskuilen en mogelijk denkrichtingen inzake oplossing aanbieden. Vanzelfsprekend gaat de bijhorende remedie niet op voor alle bedrijven in elke regio en zal het steeds kwestie zijn om de bedrijfseigen voedermiddelen correct in beeld te nemen en met de nodige kennis in te passen in het winterrantsoen, waar aangepaste correctievoeders bij gezocht zullen moeten worden met het oog op rantsoenevenwicht en bijhorende hoge productiviteit terwijl de koeien gezond blijven.