Onder meer vanuit maatschappelijk standpunt zal de vraag naar koeien op de weide wellicht nog stijgen. Voor biologische boeren is dit al vanzelfsprekend.
Weidegang en vers gras voeren brengt echter wat uitdagingen. Doorheen het groeiseizoen verschuift de gemiddelde grassamenstelling en door specifieke weersomstandigheden zullen er nog verdere schommelingen zijn in de kwaliteit van het gras.
Deze schommelingen vormen de uitdaging. Hoogproductieve koeien willen liefst een zeer stabiel rantsoen en kunnen zelf niet zo goed om met schommelingen in de kwaliteit van het voer. Deze schommelingen zullen de persistentie van de koe doorheen de lactatie ondermijnen.
Om de impact van de kwaliteitsverandering te minimaliseren werd door Farmdesk een vers gras module ontwikkeld. Door de opname en de kwaliteit van vers gras beter in te schatten, kunnen we de landbouwer beter in staat stellen om de variaties in het gras tegen te sturen en uiteindelijk de rantsoenkwaliteit zo constant mogelijk te houden. Dit zal leiden tot een optimaal en efficiënt gebruik van voer op het bedrijf, in combinatie met een hoge en stabiele productie en gezonde dieren.
De vers gras module van Farmdesk maakt automatisch inschattingen van de graskwaliteit op uw bedrijf op basis van een seizoensmodel. Bovenop dit seizoensmodel worden dagelijks bedrijfsspecifieke correcties gedaan op basis van de lokale weersomstandigheden.
Als basis baseren we ons op de CVB meetgegevens inzake de evolutie van de samenstelling van vers gras doorheen het groeiseizoen. Dit model wordt aangevuld met expertkennis inzake verandering van de graskwaliteit door de weersinvloeden. Daarna werd het model getest in de praktijk en werden via statistische analyse de meest relevante parameters gezocht die een invloed hebben op de graskwaliteit.
Invloed van klimatologische omstandigheden
Invloed van zonlicht
Zoals voor alle planten is ook voor gras het zonlicht een zeer belangrijke factor. Dit zonlicht stelt het gras namelijk in staat om aan fotosynthese te doen. Via fotosynthese komt de plant aan zijn energie en het belangrijkste eindproduct van deze fotosynthese is suiker (wat o.a. aanleiding zal geven tot de FOS en VEM inhoud van het gras). Hoe meer zonlicht het gras krijgt, hoe hoger de productie van suiker zal liggen onder normale omstandigheden. Dit zal verder aanleiding geven tot een hoger gehalte aan FOS en VEM in het gras. In dit artikel wordt er dieper ingegaan op de vertering van koolhydraten zoals suiker bij runderen.
Naast de productie van koolhydraten zal door de fotosynthesereactie ook meer energie beschikbaar zijn voor de plant om eiwit volledig af te werken. Zo zal de DVE/OEB verhouding van het gras stijgen naarmate het aantal uur zonlicht toeneemt, net omdat de plant over meer energie beschikt om het eiwit af te werken tot mooie ketens van aminozuren. Meer info over eiwit, de DVE/OEB verhouding en het belang ervan voor runderen, kan u in het artikel over eiwitvertering bij runderen terugvinden.
Invloed van nachttemperatuur
Tijdens de nacht zal het metabolisme van het gras volledig anders zijn. Tijdens de nacht “worden de planten eigenlijk beesten”. De suikerreserves die doorheen een zonnige dag werden gevormd in de fotosynthesereactie, worden door de plant afgebroken tijdens de nacht, net zoals bij dieren. De mate van afbraak is sterk afhankelijk van de temperatuur.
Tijdens een warme nacht zal het metabolisme van de plant hoog liggen en zal de suikerverbranding tot CO2 en water ook significant zijn. Bij een koude nacht zien we het omgekeerde gebeuren: een laag metabolisme en weinig afbraak van suiker door de plant.
Periodes van zonnige dagen en koude nachten zorgen dus voor een grote suiker accumulatie in het gras, door de hoge productie en geringe afbraak van suiker. Terwijl het gras eerder suiker arm gaat zijn wanneer er weinig zonlicht is en de nachten eerder warm zijn.
Invloed van vochtvoorziening
Vochtvoorziening kan op verschillende manieren voorgesteld worden. De parameters die in de vers gras module van Farmdesk aan bod komen zijn neerslag, relatieve luchtvochtigheid en een indicator voor de hoeveelheid vocht in de bovenste tien centimeter van de bodem.
In het algemeen is de vochtvoorziening zeer belangrijk om plantengroei mogelijk te maken. Deze vochtvoorziening is afkomstig uit de bodemvoorraad of rechtstreeks van neerslag. Indien er geen beperkingen (droogte of overmaat van water) zijn, kan het gras zonder problemen groeien.
Bij een periode van relatieve droogte zien we dat het gras in een soort overlevingsmodus gaat. Het gras gaat zich verdedigen tegen uitdroging: de huidmondjes van de plant blijven dicht. Hierdoor zal er een lagere CO2 opname zijn van de plant en zal de fotosynthese activiteit stilvallen, met een lagere groei van het gras tot gevolg. Tegelijk zal de productie van cellulose en lignine van het gras relatief stijgen. Het gras zal ‘verhouten’ ter bescherming tegen verdere uitdroging. Naast een verminderde groei zal dus ook de kwaliteit van het gras achteruitgaan. Hierbij zien we dat het NDF gehalte en het ruwe celstof gehalte stijgen terwijl de verteerbaarheid en verteringssnelheid zullen dalen.
Periodes waar de vochtvoorziening te hoog is kunnen ook een probleem vormen voor de kwaliteit van vers gras. Het drogestofgehalte van het gras kan sterk achteruit gaan en onderaan het gras kan schimmelgroei starten. Deze natte periodes gaan vaak ook gepaard met weinig zonlicht waardoor er weinig suiker aangemaakt zal worden en de DVE/OEB verhoudingen lager zullen liggen omdat de plant niet genoeg energie beschikbaar heeft om het eiwit af te werken.
Stikstofvoorziening van de bodem
Naast directe effecten op de plant zal het weer ook een impact hebben op de stikstofvoorziening van de bodem. De mineralisatie van stikstof is traag in het voorjaar en gaat sneller verlopen wanneer de bodemtemperatuur stijgt. Naast de momentane temperatuur zorgt de opeenvolging van warmere periodes (de zomermaanden) ervoor dat het in de nazomer (vanaf augustus) steeds makkelijker is om hoge eiwitgehaltes in het gras te verkrijgen door vrijstelling van stikstof uit de organische stof in de bodem.
Bovenstaande redenering gaat op voor bodem stikstof, maar geldt ook voor de werking van klaver. De groei van klaver zal pieken in de zomer en zal in de nazomer vlot stikstof ter beschikking stellen, zelfs bij een beperkte bemesting.
Resultaten van de vers gras module
Op basis van de weergegevens van een specifieke locatie en de seizoenstrends die werden verzameld, kan voor elk Farmdesk bedrijf de graskwaliteit ingeschat worden.
Suikergehalte
In de volgende figuur wordt de evolutie van het suikergehalte in het gras voorgesteld. Het basismodel (op basis van de CVB data) wordt getoond samen de voorspelde waarden uit het Farmdesk model. Daarnaast zijn er ook meetpunten van een Farmdesk testbedrijf zichtbaar. Het is duidelijk dat het vers gras model, dat rekening houdt met de weersinvloeden, de suikerwaarden doorheen het seizoen beter kan voorspellen.
In het algemeen neemt het suikergehalte van het gras af doorheen de loop van het seizoen. In het voorjaar zijn er vaak al relatief zonnige dagen, maar koude nachten. Hierdoor is er een hogere accumulatie van suiker.
Tijdens de zomermaanden zorgen de warmere nachten zorgen voor een grotere afbraak van suiker, terwijl er in het najaar minder suikerproductie is door de korte dagen en beperkte zonneschijnduur.
Ruw eiwit
In de volgende figuur worden de gehaltes van het ruw eiwit (RE) gehalte van vers gras getoond. Ook hier is duidelijk dat er sterke correlatie is tussen het vers gras model van Farmdesk en de gemeten waarden.
In de figuur zien we de stikstofynamiek van de bodem sterk terugkomen. In het voorjaar is er beperkte mineralisatie van stikstof, wat zorgt voor een lage eiwitinhoud. Naarmate de bodem warmer wordt doorheen het jaar, komt er meer stikstof beschikbaar en zal het eiwit in de plant stijgen. Door in het voorjaar kunstmest te voorzien, zal de beschikbare stikstof hoger zijn, zo kan het eiwit wel beïnvloed worden.
OEB
In de onderstaande figuur wordt de OEB evolutie doorheen het jaar getoond. Voor het verloop van de OEB-waarden doorheen het jaar zien we een samenspel van suiker en (ruw) eiwit. In het voorjaar is er veel energie (suiker) beschikbaar voor een beperkte hoeveelheid eiwit. Hierdoor zal het eiwit goed afgewerkt worden en is de OEB fractie laag. In het najaar is er veel stikstof beschikbaar maar minder energie, waardoor er een meer eiwit in de OEB fractie terecht komt.
Gebruik van vers gras module in de praktijk
Met het nieuwe vers gras model in Farmdesk zal het mogelijk zijn om uw rantsoenering nog beter op te volgen en te sturen bij weiden of bij het voederen van vers gras (stalvoeren). Op basis van de voorspelde graskwaliteit kan u uw rantsoen nog specifieker aanpassen aan de behoeften van uw dieren.
Naast de verbeterde rantsoenering is het ook mogelijk om de grasopname beter in te schatten. Op basis van de werkelijke melkproductie, de berekende graskwaliteit en de VEM behoefte, zal Farmdesk automatisch de opname van vers gras aanvullen in de dagelijkse voerlijsten. Deze nauwkeurigere berekeningen laten het toe om kengetallen met betrekking tot de efficiëntie en bedrijfseconomische prestaties eenvoudiger en nauwkeuriger in te schatten.